zondag 10 januari 2010

En dan nu: 'Dagen Van Gras', The Beatles op papier

Zondagmiddag, halfdrie. Buiten sneeuwt het dikke vlokken, binnen speelt Michelle van The Beatles. Het is goed, alles is goed. Ik ben nog in pyjama, ik moet alles nog doen. Maar nu even niet.

Naast me ligt Dagen van gras, net uit. Het is ’m gelukt, Philip Huff uit 1984. Het is ’m gelukt een roman te schrijven die Michelle evenaart. Dagen van gras is Michelle op papier. Dezelfde melodie, dezelfde harmonie. Ik kan het niet anders zeggen. De compositie klopt.

Huffs debuut is simpel, eerst. ‘Ik heet Ben’, lees je in de proloog, en dat klopt: de ik-persoon heet Ben. Te simpel, denk je misschien even. Maar te simpel kan niet. Dat is net als te mooi, of te gelukkig. Het kan niet. Echt niet.

Wat ik precies bedoel, kan Ben zélf het best verwoorden. In een brief naar zijn Engelse vader schrijft hij ‘dat Ben Jansch een van de beste gitaristen aller tijden is door de noten die hij niet speelt (dat door wat hij niet doet, hij dus wel de gitarist is die hij is)’. Ben wil trouwens ook zeggen dat hij de verjaardag van zijn vader niet vergeten is, maar hem heeft geboycot. Zo’n melodie bedoel ik dus.

Lees de achterflap nou niet. Die doet geen recht aan de inhoud. Denk aan Michelle: daarin zingt Paul McCartney over een meisje dat zijn taal niet begrijpt, dus beperkt hij zich tot ‘I love you’. Maar daar gaat het lied niet over. The Beatles waren méér dan vier langharige, vier verveelde jongens die elkaar toevallig troffen. Hetzelfde geldt, mijns inziens, voor Dagen van gras.

Voor wie het zich afvraagt: ik lees geen recensies voordat ik zelf mijn mening op papier heb gezet. Acht u mijn 'onbevlekte' oordelen bar weinig waard, klikt u dan vooral verder...

... naar recensies in/op CJP, Recensieweb, 8weekly, NRC (doorklikken naar recensie), Het Parool en Vrij Nederland;
... naar een interview in Revu;
... naar de website van de roman.

Wel terugkomen, hè?

Geen opmerkingen: